De proconsul

1. Wij, Christenen, zullen niet verbleken of beven voor de vervolgingen, die ons aangedaan worden door mensen die ons niet kennen. Vanaf de dag waarop wij aanmonsterden onder de voorwaarden van haar verbond en op het slagveld kwamen, hebben wij geweten dat ons leven de inzet was in deze strijd. Wij verlangen niets anders dan de door God beloofde beloningen te verkrijgen, en wij vrezen niets anders dan de kwellingen die Hij bewaart voor het toekomende leven1Dus niet de kwellingen van Scapula, die gouverneur van Afrika was, maar alleen de kwellingen van God.. In één woord: wij strijden zonder vrees tegen al uw barbaarsheid. Wat zeg ik? Wij snellen haar tegemoet, en de veroordeling geeft ons meer vreugde dan de vrijspraak. Daarom moet u niet denken dat wij voor onszelf vrezen als wij dit werk tot u richten, want wij schrijven voor u: voor al onze vijanden, of liever: voor onze vrienden. Want onze wet gebiedt ons om onze vijanden lief te hebben en te bidden voor degenen die ons vervolgen, om te streven naar een volmaaktheid die haar alleen toebehoort2Het Christendom is volmaakter dan alle andere filosofische stromingen die een deugdzaam leven voorschreven.. Want iedereen heeft diegenen lief die hem liefhebben, maar alleen de Christenen hebben hun vijanden lief. Wij dan, die uw onwetendheid beklagen, wij, die medelijden hebben met de menselijke dwaling en de toekomst zien naderen, waarvan wij elke dag de waarschuwende tekenen zien, wij voelen ons genoodzaakt om u op deze manier te waarschuwen voor datgene, waar u niet persoonlijk naar wilt luisteren.

2. Wij zijn aanbidders van de enige God, die door de natuur aan alle mensen onderwezen wordt: wiens weerlichten en donderslagen u verschrikken, wiens weldaden uw hart verheugen. U ziet ook diegenen als goden, van wie wij weten dat het slechts demonen zijn. Toch is het een menselijk grondrecht, een voorrecht van de natuur, dat iedereen mag aanbidden wat hij wil: wat goed of kwaad doet mijn religie aan een ander? Religie is geen religie als zij gedwongen is, zij moet vrijwillig gekozen worden en niet uit dwang, aangezien elk offer de instemming van het hart vraagt. Zelfs dan als u ons zult dwingen om te offeren, zult u uw goden geen dienst bewijzen, want zij kunnen geen verlangen hebben naar gedwongen offers, als zij tenminste niet van geweld houden. Welnu, een god houdt niet van geweld! De ware God schenkt Zijn zegeningen zonder onderscheid aan Goddelozen en aan Zijn dienaars. Daarom heeft Hij ook een eeuwig oordeel ingesteld: voor de ondankbaarheid of voor de dankbaarheid.

Wij zijn heiligschenners, zegt u, hebt u ons ooit schuldig bevonden aan diefstal, laat staan aan heiligschennis? Maar al uw tempelrovers zweren bij uw goden en aanbidden ze. Zij zijn geen Christenen en toch worden zij schuldig bevonden aan heiligschennis. Het zou te lang duren als wij hier beschreven op hoeveel andere manieren uw goden beledigd worden en met smaad bedekt door hun eigen aanbidders. Men beschuldigt ons verder dat wij de majesteit van de keizer schenden. Maar hebt u ooit volgelingen van Albinus3Clodius Albinus streed eerst samen met Septimius Severus tegen Didius Julianus, nadat zij die verslagen hadden riep hij zich uit tot keizer en streed met Septimius Severus, die hem uiteindelijk versloeg en doodde., Niger4Gaius Pescennius Niger was door zijn soldaten tot keizer uitgeroepen, streed ook tegen Septimius Severus en werd door hem verslagen en gedood. of Cassius5Avidius Cassius riep zichzelf uit als keizer tegenover Marcus Aurelius, en werd door één van zijn onderbevelhebbers gedood. gevonden onder de Christenen? Wie waren dan de vijanden van de keizer? Diezelfde mensen die de dag ervoor nog bij hun geesten zwoeren, die voor hun heil offerden en die geloften afgelegd hadden voor hun veiligheid, en vaak de Christenen veroordeeld hadden6De soldaten van Albinus, Niger of Cassius offerden aan de keizers, maar zodra een ander zich als keizer uitriep, werd hij door hen verraden..

De Christen is niemands vijand, en zeker niet die van de keizer van Rome. Aangezien hij weet dat zijn God hem aangesteld heeft, moet hij hem respecteren, eren en bidden voor zijn welzijn en voor het welzijn van het Romeinse rijk, zolang de eeuw zal bestaan; want hun lot is aan elkaar verbonden. Wij eren dus de persoon van de keizer zoals het ons toegestaan is, en hem toekomt: als de mens die direct na God komt, die al zijn macht van God ontvangen heeft, en die alleen God boven zich moet dulden. De keizer zelf zal hier ook mee instemmen. Want door hem alleen aan God te onderwerpen, plaatsen wij hem boven alle andere mensen. Zo is hij zelfs groter dan uw goden, aangezien zij in zijn macht zijn7De keizer had bij de Romeinen de macht om goden uit te roepen.. Daarom offeren wij wel voor het welzijn van de keizer, maar door ons tot God te richten: onze Meester en de zijne, op de manier die God voorgeschreven heeft: met een eenvoudig gebed. Want God, de schepper van het universum, heeft geen bloed of rook nodig, dit is het voedsel van de demonen. Wat de demonen betreft: wij verachten ze niet alleen, maar wij overwinnen ze, wij stellen ze elke dag bloot aan publieke spot, wij verjagen ze uit hun slachtoffers, zoals heel de wereld weet. Zo bidden wij dus des te krachtiger voor het welzijn van de keizer, aangezien wij dat vragen aan diegene die dat kan geven.

Wij kunnen u er eenvoudig van overtuigen dat wij in alle dingen gehoorzamen aan de discipline van verdraagzaamheid, die God ons heeft onderwezen, aangezien wij ons rustig en bescheiden gedragen, ondanks ons aantal, wat in bijna elke stad de meerderheid vormt. Misschien zijn wij zelfs meer bekend als individuen, wij worden nooit gezien in tumultueuze vergaderingen, terwijl wij ons alleen onderscheiden van de andere burgers doordat wij ons zuiveren van onze zonden. Het zij ver van ons dat wij ooit zouden murmureren tegen het lijden wat wij verlangen, of dat wij eigenhandig op wraak zouden zinnen, terwijl wij die alleen van God verwachten.

3. Maar toch, zoals wij hierboven gezegd hebben, kunnen wij alleen maar wenen, als wij eraan denken dat geen enkele stad ons bloed ongestraft kan vergieten8Tertullianus schrijft dus uit medelijden met de Romeinen die Christenen vervolgden, zoals hij hierboven ook schreef. Omdat de Christen niemands vijand is..  U hebt het gezien onder de gouverneur Hilarianus9De gouverneur van Afrika onder wie Perpetua en Felicitas de marteldood gestorven zijn., toen ze over onze begraafplaatsen riepen: ‘geen akkers voor de Christenen’, toen hadden zij niets aan hun akkers en bleven hun dorsvloeren leeg, omdat hun oogst mislukte. Toonden bovendien de regenbuien, die afgelopen jaar het land verwoestten, de toorn van de hemel niet, die zo het bedrog en het ongeloof van de mensheid opnieuw met de zondvloed strafte? En waarmee dreigden die vuren die ’s nachts boven de muren van Carthago hingen? Vraag het aan hen, die ze gezien hebben. En wat betekenden deze donderslagen die boven onze hoofden weerklonken? Vraag het aan hen, wiens hardheid zij bedreigden. Het zijn als zoveel dreigende tekenen van Gods toorn die voor de deur staat. Wij moeten die op elke mogelijke manier verkondigen en aanwijzen, en ondertussen bidden dat de rampen slechts plaatselijk zullen zijn. Want zij die blind zijn voor deze tekenen, en niet nadenken over hun betekenis, zullen op zijn tijd overvallen worden door zware algemene rampen. Wat was die zonsverduistering in Utica anders dan een teken? Toen allen daar vergaderd waren, zag men het licht van de zon plotsklaps uitdoven, tegen alle natuurwetten in, want de zon was op zijn hoogste punt en als in het centrum van zijn paleis. Vraag het aan uw astrologen.

We kunnen u ook wijzen op het sterven van sommige gouverneurs, die in hun laatste uren pijnlijk aan hun zonden herinnerd werden, in het vervolgen van de Christenen. Vigellius Saturninus10Publius Vigellius Saturninus was de gouverneur van Afrika, die in het jaar 180 de Scillitaanse martelaren ter dood veroordeelde., die als eerste het zwaard tegen ons trok, verloor het zicht aan zijn ogen. In Cappadocië behandelde Claudius Lucius Herminianus11Claudius Hieronymianus, die in York een tempel bouwde voor de god Serapis, en later gouverneur werd van Cappadocië., die woedend was omdat zijn vrouw Christin geworden was, de Christenen met grote wreedheid. Toen hij alleen in zijn paleis was, geteisterd door de pest, als levende prooi van de wormen die in zijn wonden kookten, toen zei hij: ‘laat niemand hiervan weten, zodat de Christenen zich niet verheugen, of de vrouwen van de Christenen moed scheppen’. Later zag hij zijn dwaling in, omdat er door zijn martelingen zoveel van hun standvastigheid waren afgevallen, en stierf bijna zelf als Christen. ‘Triomfeert, Christenen’, was de laatste roep van Caecilius Capella op de ruïnes van Byzantium12Caecilius Capella was aanvoerder van Byzantium, het huidige Istanbul, en volgeling van de eerder genoemde Niger. Na een beleg wat meer dan 2 jaar duurde werd Byzantium veroverd en hij geëxecuteerd door Marius Maximus.. Maar zij, die ons ongestraft vervolgd lijken te hebben, zullen Gods oordeelsdag niet ontgaan. Wij wensen oprecht dat de ziekte die u overkomen is slechts een waarschuwing is, maar herinner u dat zij pas gekomen is nadat u Mavilus van Hadrumetum tot de wilde beesten veroordeeld hebt. Ook vandaag nog roept bloed om bloed. Denk ook aan de toekomst.

4. De gedachte dat wij u bang willen maken zij ver van ons, wij die voor niemand bang zijn, maar wij willen als het mogelijk is alle mensen behouden, door ze te overtuigen om niet tegen God te strijden. Kunt u de plichten van uw betrekking niet vervullen, en tegelijk de menselijkheid niet vergeten, aangezien u ook onder het zwaard bent? Want wat is uw opdracht anders dan degenen die schuld bekennen te veroordelen, en diegenen die ontkennen over te geven aan martelingen? Welnu, bent u niet één van de eerste wetsovertreders, door diegenen die bekennen, te martelen om ze te dwingen te ontkennen? Want hierin erkent u zeker onze onschuld, als u ons niet op onze bekentenis wilt straffen. Zegt u dat u ons wilt verpletteren? Maar dan strijdt u dus een vernietigende oorlog met de onschuld!

Hoeveel gouverneurs, mannen die standvastiger en bovendien wreder dan u waren, hebben er niet alles aan gedaan om deze onrechtvaardige procedures te stuiten! Zo was het Cincius Severus13Die eveneens gouverneur van Afrika was geweest en in 198 gedood werd door Septimius Severus. zelf, die de Christenen van Thisdrum adviseerde om zulke antwoorden te geven dat hij ze kon vrijspreken. Zo deed Vespronius Candidus14Lucius Vespronius Candidus, die volgens Dio Cassius door zijn soldaten zo gehaat werd om zijn wreedheid dat hij bijna gedood werd. alsof hij een Christen slechts als een oproerige zag, en liet hij hem vrij als hij slechts een eervolle genoegdoening gaf aan zijn medeburgers. Zo liet Asper15Gaius Julius Asper, vanaf 204 gouverneur van Afrika. een Christen die na lichte martelingen afvallig geworden was direct vrij, zonder dat hij hem dwong te offeren, nadat hij vooraf tegen de advocaten en rechters gezegd had, dat het hem speet bij deze zaken betrokken te zijn. Pudens16Gaius Valerius Pudens, die rond 211/212 gouverneur van Afrika was. verklaarde de zaak tegen een Christen die voor hem gebracht was zelfs niet ontvankelijk, omdat hij uit de aanklacht begreep dat het een lasterlijke beschuldiging was. Toen hij geen getuige vond om de aanklacht te staven, verklaarde hij dat het proces, conform de wet, geen vervolg kon hebben. U zou dezelfde toegeeflijkheid kunnen hanteren in uw betrekking.

Zelfs de advocaten en rechters zouden u daartoe aanmoedigen, die, ondanks hun klachten en hun opvliegendheid, toch de weldaden van de Christenen genieten. Zo werd een griffier, die soms door een demon op de grond geworpen werd, bevrijd, en hier zou ik veel van hun familieleden of jonge kinderen aan toe kunnen voegen. Hoeveel bekende personen (want wij spreken niet over het gewone volk) zijn niet genezen van demonen of van ziekten? Zelfs Severus17Septimius Severus die van 193 tot 211 keizer was., de vader van Antoninus18Marcus Aurelius Severus Antoninus, bijgenaamd Caracalla, die van 211 tot 217 keizer was., had redenen om gunstig over de Christenen te denken. Want hij liet de Christen Proculus komen, bijgenaamd Torpacion, de rentmeester van Euhodias, die hem ooit door de heilige olie had genezen, en liet hem tot aan zijn dood in zijn paleis wonen. Ook Antoninus, was goed bekend met deze man, aangezien hij met de Christelijke melk was opgegroeid. Toen Severus bovendien geïnformeerd werd dat mannen en vrouwen van de hoogste rang het Christendom omhelsd hadden, vervolgde hij hen niet alleen niet, maar hij legde zelfs een voornaam getuigenis af ten gunste van hen, en verzette zich openlijk tegen de mensen die tegen ons tekeer gingen.

Ook Marcus Aurelius19Marcus Aurelius, één van de meest geprezen keizers om zijn deugden en wijsheid, van 161 tot 180. kreeg die weldadige regen, die zijn leger behield, door de gebeden van zijn Christelijke soldaten, toen het op zijn expeditie naar Duitsland door dorst verteerd werd. Hoeveel soortgelijke plagen zijn er niet afgekeerd door ons vasten en aanbidden? Elke keer als de massa bidt tot ‘de God der goden, die alleen almachtig is’, dan geeft zij onze God eer, onder de naam van Jupiter. Bovendien ontkennen wij nooit een aanbetaling, wij bezoedelen nooit het huwelijksbed door overspel, wij behandelen de wezen met liefde, wij voeden de behoeftigen, wij vergelden niemand kwaad voor kwaad. Laat hen opletten, die ten onrechte bij ons beweren te horen en liegen in onze livrei20De livrei of het uniform van de Christenen, dus die voorwenden dat zij erbij horen en Christen zijn, maar die zich niet aan Gods wetten houden., wij erkennen hen niet als de onzen. Welke burger beklaagt zich over ons om een andere reden dan om onze naam? Waar zouden de processen zijn die tegen de Christen aangespannen worden, als dat niet om zijn geloof is? Sinds zo lange tijd dat zij bestaat heeft niet één vijand haar kunnen overtuigen van incest of wreedheid. Men geeft ons aan de vlammen over vanwege onze onschuld, vangwege onze voorbeeldige eerlijkheid, vanwege de rechtvaardigheid, de bescheidenheid, de trouw, de waarheid: vanwege de levende God, terwijl u zelfs de ware heiligschenners, de publieke vijanden, of de duizenden die van majesteitsschennis beschuldigd worden niet tot de brandstapel veroordeelt. Want zelfs nu nog vervolgen een gouverneur van Leon en een gouverneur van Mauritanië de naam ‘Christen’, maar alleen met het zwaard, zoals de oorspronkelijke wet dat voorschreef21Dus niet met brandstapels, zoals Scapula deed.. Maar wat maakt het uit? Hoe groter de strijd is, hoe groter ook de beloning wordt.

5. Uw wreedheid is onze heerlijkheid. Let er alleen op, dat wij, als wij tot het uiterste gedreven worden, niet op uw executies toesnellen, om u er alleen maar van te overtuigen dat wij die niet vrezen, maar daarop hopen. Toen Arrius Antonius tegen ons tekeerging in Azië stonden alle Christenen van de stad op, één grote massa, en boden zich aan bij zijn rechtbank. Hij liet er een paar gevangen nemen, en zei tegen de rest: ‘Ellendigen, als u wilt sterven, hebt u niet genoeg koorden en afgronden?’ Als wij het in ons hoofd zouden halen om hier hetzelfde te doen, wat zou u doen met zoveel duizenden mannen, met zoveel duizenden vrouwen van elke leeftijd, van elke rang, die hun armen zouden aanbieden aan uw ketenen? Hoeveel brandstapels, hoeveel zwaarden zou u nodig hebben? Hoe groot zouden de angsten van Carthago zijn, die u wilt decimeren, als ieder daar onder de slachtoffers ouders zou herkennen, huisgenoten, mannen en vrouwen, misschien wel van uw rang, personen van de hoogste onderscheiding, en zelfs familieleden of vrienden van uw vrienden?

Ik bezweer u: spaar uzelf, als u de Christenen niet wilt sparen. Spaar Carthago, als u uzelf niet wilt sparen. Spaar een provincie, die door het openbaren van uw plannen al overgeleverd is aan plunderingen van hebzuchtige soldaten en de wraak van persoonlijke vetes22Door mensen die wrok koesterden tegen een ander en nu, onder deze roerige vervolgingen, de kans schoon zagen om zich te wreken.. Wij hebben geen andere meester dan God alleen. Hij is ook boven u, en kan voor u niet verborgen zijn, maar u kunt niets tegen Hem beginnen. Maar degenen die u als meester ziet zijn slechts mensen, veroordeeld om vandaag of morgen te sterven. Maar onze religie is onverwoestbaar, wees daar zeker van! Terwijl u haar lijkt af te slachten, wordt zij verder opgebouwd. Want iedereen die getuige is van deze wonderlijke verdraagzaamheid, wordt als met een angel gedrongen om te te onderzoeken wat de oorzaak daarvan is, en zodra hij de waarheid kent, volgt hij haar onmiddellijk.


Vertaald uit het Frans, A Scapula, proconsul d’Afrique, vertaald door E. A. de Genoude (tertullian.org).


  • 1
    Dus niet de kwellingen van Scapula, die gouverneur van Afrika was, maar alleen de kwellingen van God.
  • 2
    Het Christendom is volmaakter dan alle andere filosofische stromingen die een deugdzaam leven voorschreven.
  • 3
    Clodius Albinus streed eerst samen met Septimius Severus tegen Didius Julianus, nadat zij die verslagen hadden riep hij zich uit tot keizer en streed met Septimius Severus, die hem uiteindelijk versloeg en doodde.
  • 4
    Gaius Pescennius Niger was door zijn soldaten tot keizer uitgeroepen, streed ook tegen Septimius Severus en werd door hem verslagen en gedood.
  • 5
    Avidius Cassius riep zichzelf uit als keizer tegenover Marcus Aurelius, en werd door één van zijn onderbevelhebbers gedood.
  • 6
    De soldaten van Albinus, Niger of Cassius offerden aan de keizers, maar zodra een ander zich als keizer uitriep, werd hij door hen verraden.
  • 7
    De keizer had bij de Romeinen de macht om goden uit te roepen.
  • 8
    Tertullianus schrijft dus uit medelijden met de Romeinen die Christenen vervolgden, zoals hij hierboven ook schreef. Omdat de Christen niemands vijand is.
  • 9
    De gouverneur van Afrika onder wie Perpetua en Felicitas de marteldood gestorven zijn.
  • 10
    Publius Vigellius Saturninus was de gouverneur van Afrika, die in het jaar 180 de Scillitaanse martelaren ter dood veroordeelde.
  • 11
    Claudius Hieronymianus, die in York een tempel bouwde voor de god Serapis, en later gouverneur werd van Cappadocië.
  • 12
    Caecilius Capella was aanvoerder van Byzantium, het huidige Istanbul, en volgeling van de eerder genoemde Niger. Na een beleg wat meer dan 2 jaar duurde werd Byzantium veroverd en hij geëxecuteerd door Marius Maximus.
  • 13
    Die eveneens gouverneur van Afrika was geweest en in 198 gedood werd door Septimius Severus.
  • 14
    Lucius Vespronius Candidus, die volgens Dio Cassius door zijn soldaten zo gehaat werd om zijn wreedheid dat hij bijna gedood werd.
  • 15
    Gaius Julius Asper, vanaf 204 gouverneur van Afrika.
  • 16
    Gaius Valerius Pudens, die rond 211/212 gouverneur van Afrika was.
  • 17
    Septimius Severus die van 193 tot 211 keizer was.
  • 18
    Marcus Aurelius Severus Antoninus, bijgenaamd Caracalla, die van 211 tot 217 keizer was.
  • 19
    Marcus Aurelius, één van de meest geprezen keizers om zijn deugden en wijsheid, van 161 tot 180.
  • 20
    De livrei of het uniform van de Christenen, dus die voorwenden dat zij erbij horen en Christen zijn, maar die zich niet aan Gods wetten houden.
  • 21
    Dus niet met brandstapels, zoals Scapula deed.
  • 22
    Door mensen die wrok koesterden tegen een ander en nu, onder deze roerige vervolgingen, de kans schoon zagen om zich te wreken.

Door Tertullianus

Tertullianus (ca. 150/160 – ca. 230) is één van de oudste Christelijke schrijvers in het Latijn, en wordt ook wel ‘de vader van het kerk-Latijn’ genoemd, omdat veel Latijnse woorden voor het eerst bij hem voorkomen. Zijn geschriften kenmerken zich door scherpte, beknoptheid, kennis van de retorica en van de Romeinse rechtsspraak. Het bekendst is zijn Apologeticum, waarin hij het Christendom verdedigt tegen de Romeinen.